Betaalde partneralimentatie kan in mindering worden gebracht op het belastbaar inkomen als persoonsgebonden aftrek. Het maximale fiscaal voordeel is 51,95%.
Het voorstel is dat, voor alle aftrekposten (dus ook bijvoorbeeld hypotheekrente), een geleidelijke afbouw volgt waardoor de belastingaftrek wordt beperkt.
Bij aanvang in 2019 is het voorstel de aftrek te beperken tot maximaal 49%, waarbij een afloop volgt tot 2023 met een aftrek tot 37%.
Daarnaast heeft het regeerakkoord een voorstel gedaan om de belastingschijven aan te passen met als resultaat twee belastingschijven.
Als compensatie wordt genoemd dat de heffingskortingen eveneens aangepast worden. Het totaal aan besteedbaar inkomen zal daardoor kunnen wijzigen. Aanpassingen worden ook doorgevoerd met het oog op de verhoging van het lage BTW tarief (van 6% naar 9%).
Het zijn voorstellen waarbij nog niet alles duidelijk is. Een werkelijk advies in de gevolgen kunnen wij pas geven zodra alles duidelijk is. Alleen de verlaging van de aftrekbaarheid partneralimentatie en daarbij niet de verlaging van de schijven of aanpassing van de heffingskortingen meenemen is wat kort door de bocht. Het is jammer dat het plannen zijn die wel in de praktijk meespelen. Deze plannen zullen werkelijk de draagkracht van de alimentatieplichtige kunnen beïnvloeden.
Wij verwachten daardoor veel verzoeken tot aanpassing in de hoogte van de partneralimentatie.
Woensdag 27 juni 2018 is het gewijzigd Wetsvoorstel herziening partneralimentatie behandeld. De politieke partijen hebben hun standpunten en vragen besproken. Voor meer informatie hierover zie: Plenair verslag tweede kamer. Op een nader te bepalen moment zal deze discussie worden hervat. De initiatiefnemers hebben hierdoor de mogelijkheid om hun reactie voor te bereiden. En een onderbouwd antwoord geven op de vragen vanuit de kamer.